Vouwsjaal - met haakpatroon (en korte uitleg voor breien)

	Het was mijn bedoeling een gestreepte versie van de Maraya's Shawl te haken met de bolletjes katoen die ik mee had genomen om mezelf bezig te houden in de wachtkamer bij de allergoloog. Maar in plaats van zowel heen als terug te meerderen, meerderde ik alleen op de terugweg. Uithalen op die plek was geen optie en eigenlijk was een minder schuine lijn ook leuk.
	Thuis verder gegaan en bij ongeveer een meter sloeg ik de omslagdoek-in-wording eens om. Wat een heerlijke zachte katoen. Maar ook best zwaar al qua gewicht. Aan de voorkant zat de lange punt en een dubbele rand van reliëfstokjes. In een opwelling vouwde ik ze samen om. Vervolgens de rest van de rand ook en het geheel gaf een col-achtige sjaal met de langere punt als lekkere warme lap aan de voorkant.
	Het deed me denken aan mijn oma; als ik mijn sjaal omdeed zei ze: "Daar zie ik nog een gaatje" en dan hield ze lachend een (koude ...) vinger op dat driehoekje tussen het deel om de nek en de twee hangende uiteinden. Goed, die stop(te)* ik vervolgens altijd onder de omgeslagen sjaal, maar het was gewoon zo'n leuk pret-momentje. *Ik heb al iets van 30 jaar dezelfde, wat ophaaltjes her en der, maar nog steeds zo heerlijk en snel droog na het wassen.

Van dezelfde katoen daarna een versie gehaakt met gebruik van de intarsia techniek. Het zijn dezelfde bolletjes, maar door ze op deze manier te combineren krijg je een lapjes-effect in plaats van verticale strepen. Klik hier voor meer uitleg.

Vervolgens tweemaal een versie gehaakt met nog minderen meerderen. *** De vier sjaals zijn gehaakt van Cotton Love van Filo Blu. 100 % katoen. 50 g / 85 m per bol.

Maten en gewichten, bij benadering De groen-gestreepte weegt 230 gram en meet 110 bij 65 cm De paarse versie weegt 120 gram en meet 96 x 26 cm De versie met bruin weegt 120 gram en meet 102 x 30 cm De groene lapjes versie weegt 210 gram en meet 103 x 53 cm

Haakpatroon voor de vouwsjaal

Lange versie

1. Begin met 3 stokjes
2. 3 l, 1 st in eerste l (is 2 meerderen), 3 rst (reliëfstokjes) in de stokjes van rij 1
3. 2 l, 4 rst (de 2 l is het eerste 'pootje')
4. 3 l, 1 st in eerste l (is 2 meer), 5 rst
5. 2 l, 6 rst

Haak zo door tot je het gewenste aantal reliëfstokjes hebt gehaakt dat genoeg is voor boven- en onderkant. Bij de sjaal op de foto's heb ik boven 10 of 12 reliëfstokjes gehaakt en onder 2 of 6. Het is vooral belangrijk dat de bovenkant een prettige breedte heeft. Te smal blijft waarschijnlijk niet goed vast zitten en te breed zal niet behaaglijk zijn op te dragen. De bovenranden zijn zo'n 6 à 7 cm.

Nu ga je splitsen terwijl je naar beneden haakt, dus vanaf de rechte kant van je werk.

Haak 2 lossen, dan een x-aantal reliëfstokjes. Denk eraan dat die 2 lossen het eerste 'stokje' zijn. Op de terugweg haak je één rst meer.
Sla vervolgens één rst over en haak een losse.
Haak rst in de rest van de steken.

Naar boven meerder je weer met 3 l, st in 1e l daarvan.
Haak rst in de rst.
Boven de losse van de heengaande toer haak je ook weer een losse.
Dan rst in de rst van de bovenrand.

De volgende toer naar beneden haak je 2 l, x-aantal rst.
Sla de losse over en haak een losse.
Steek ergens bovenin het volgende rst en haak daar een halve vaste: de hoogte van een reliëfstokje komt overeen met een half stokje, je haakt een filetwerk van halve stokjes en losse. Dat zigzagt wat meer dan het klassieke filet haakwerk met hele stokjes.
Dan weer een losse en steek het volgende rst over (is 2e gaatje).
Vervolgens rst in de rest van de rst.

Je krijgt dus telkens als je naar beneden gaat een gaatje erbij.

***

De korte versie werkt ongeveer op dezelfde manier. Alleen meerder je nog minder. Op de terugweg haak je alleen de 3 l, en dan een rst in het laatste rst van de heengaande toer.

Bij de toeren van boven naar beneden haak je bij de ene toer wél een hokje erbij en de andere keer niet.

Omdat ik vermoedde dat ik me erg zou vergissen heb ik een dunne onderrand gemaakt van slechts 2 rst. Maar mocht je een dikkere rand haken en je vergist je ergens, dan zal je dat in het grote geheel waarschijnlijk niet terug zien. Het is dan verder een persoonlijke keuze om een stuk over te doen.

***

Haak door tot de sjaal ongeveer een meter of ietsje langer is. Lang genoeg voor een dubbele overlap aan de voor- en zijkanten.

***

Hoe doe je de sjaal om

Leg het smalle puntje over een schouder. Draai de sjaal met de bovenrand niet gevouwen om je nek (en eventueel je kin). Zorg dat de brede punt aan de voorkant terecht komt. Je hebt nu twee keer een rand aan de voorkant. Sla die samen dubbel - vouw ze naar voren/onderen. En werk dan verder naar de zijkanten en achterkant. Tip bij (half)lang haar; steek het op of doe het even in een knoetje. Anders vouw je het namelijk mee met de rand.

Link naar kort filmpje van het omdoen van de sjaal

***

Gebreide versie

Voor dit test exemplaar heb ik één bol acryl gebruikt. Noémie van Jenny - 150 g / 248 m.

Na het opzetten van 220 steken (op de gok) heb ik eerst een rand gebreid van ruim 6 cm in boordsteek ; 2 recht 2 averecht. Vervolgens een geïmproviseerd ajourpatroon met - meestal (!) - 1 recht, 1 omslag, 2 samenbreien. Heen recht, terug averecht.

In het begin heb ik steeds vier steken geminderd om de heenweg, later even vijf en vervolgens zes. Dit omdat de bol begon op te raken! De sjaal is langer dan de gehaakte versies, maar omdat het een stuk dunner is zit het toch prima. Globaal meet deze sjaal 134 x 30 cm.